top of page
Foto van schrijverJob van den Assem

Storytelling is de manier om mensen aan te zetten tot actie

Janna Willems is campagnemedewerker bij Amnesty International Nederland. Ze is verantwoordelijk voor de campagne #LetsTalkAboutYES, waarmee wordt gepleit voor een

betere wet tegen verkrachting en een gezondere dialoog over seks en consent. #LetsTalkAboutYES is een sterk voorbeeld van een organizingcampagne waarin de

persoonlijke verhalen van mensen centraal staan. Waarom werkt dat zo goed? En wat is de rol van storytelling hierin?

Janna, kun je ons vertellen hoe jij op deze plek, bij deze campag-

ne, terecht bent gekomen?

‘Ik ben in 2016 politiek actief geworden, bij GroenLinks, eigenlijk als antwoord op mijn

klimaatdepressie. Mijn therapeut, bij wie ik met angstklachten was komen aankloppen,

zei: je gaat je waarschijnlijk beter voelen als je meer volgens je eigen waarden gaat

leven. Hij had gelijk. Bij GroenLinks leerde ik organizen en campagnevoeren. Een jaar

later kwam de eerste #MeToo-golf. Ik heb me toen ingezet voor een veiliger klimaat

op de universiteit waar ik studeerde. Seksueel geweld is een onderwerp dat me altijd

persoonlijk aan het hart is gegaan. Mijn vader heeft op jonge leeftijd seksueel geweld

meegemaakt en is daar pas achterin de vijftig, toen ik zeventien was, mee naar buiten

gekomen. Hij leeft niet meer, maar hij zei dat zijn laatste tien jaar, de jaren nadat hij

met zijn trauma aan de slag was gegaan, de gelukkigste jaren van zijn leven waren.

Dat geeft mij hoop voor iedereen die ooit seksueel geweld heeft moeten meemaken.

Mijn doel is dat alle slachtoffers van seksueel geweld zich durven uit te spreken. Dat ze

niet blijven zwijgen uit schaamte of schuldgevoel, want dat is de omgekeerde wereld.

Zo kwam ik uiteindelijk bij deze campagne van Amnesty uit, dit past me perfect.’


Hoe draagt #LetsTalkAboutYES bij aan dat doel? Hoe zit de

campagne in elkaar?

‘De campagne richt zich op twee zaken: het wijzigen van de Nederlandse verkrach-

tingswetgeving, én maatschappelijke bewustwording van de boodschap dat het nooit

de schuld van het slachtoffer is. Dat is ook wat we slachtoffers steeds weer willen

vertellen: het is niet jouw schuld. Die wetswijziging gaat om iets fundamenteels: onze

verkrachtingswetgeving is niet in lijn met de mensenrechten en daarmee lopen we

achter op dertien andere Europese landen. Voor de Nederlandse wet telt het niet als

verkrachting als er niet aantoonbaar sprake was van dwang. Terwijl consent centraal

zou moeten staan. Dat je dus altijd checkt bij de ander of die hetzelfde wil als jij. Al-

leen ‘ja’ is ‘ja’, even kort door de bocht. Zonder consent geen seks, en gebeurt het toch,

dan moet het verkrachting genoemd kunnen worden. Die wetswijziging lijkt gelukkig

aangenomen te gaan worden, althans, het gaat de goede kant op. Er ligt nu een

veelbelovend concept wetsvoorstel, maar het lijkt nog wel lang te gaan duren. Dan zou

dat deel van de campagne in elk geval geslaagd zijn.’


Hoe weet je of die boodschap succesvol is aangekomen?

‘Alleen bewustwording is op zichzelf natuurlijk geen goed organizingdoel. Om het

concreter te maken, hebben we het daarom gekoppeld aan hogescholen en universi-

teiten. We weten dat verkrachting tijdens de studententijd veel voorkomt en we zien

dat onderwijsinstellingen daarin nog niet genoeg verantwoordelijkheid nemen. Denk

aan preventieve maatregelen zoals bewustwordingscampagnes en bystander training,

maar ook meldpunten, vertrouwenspersonen, procedures om hulp te zoeken en het on-

dersteunen van slachtoffers, die vaak ook met studiegerelateerde problemen kampen.

Daarom hebben we al onze lokale teams gekoppeld aan een hogeronderwijsinstelling.

Het doel is dat al deze instellingen – het zijn er een stuk of 35 – ons manifest onder-

tekenen. Daarmee beloven ze dat ze actief aan de slag gaan met een veiliger klimaat

binnen hun muren, betere procedures en betere begeleiding van slachtoffers. Op het

moment dat een onderwijsinstelling het manifest ondertekent, maken we daar natuur-

lijk een plechtig persmoment van. Zo brengen en houden we het gesprek over seks en

consent in de studententijd op gang.’


Jij bent groot fan van storytelling. Wat is de rol van storytelling

‘Voor mij is storytelling echt dé manier om mensen aan te zetten tot actie. Je hebt een

goed verhaal nodig om over te brengen waarom je iets niet in je eentje kunt, waarom

het nú moet, waarom er tegenmacht nodig is. Wat ik me niet zo goed had gereali-

seerd voordat ik bij Amnesty begon, is dat seksueel geweld natuurlijk ‘gewoon’ een

mensenrechtenschending is. Dat associëren we meestal niet meteen met iets wat ons

zelf raakt. Maar ondertussen kent iedereen wel iemand die slachtoffer is geworden van

seksueel geweld. Met die verhalen brengen we de campagne tot leven. Storytelling

is ook enorm belangrijk voor bewegingsopbouw en teambuilding: doordat je elkaars

drijfveren leert begrijpen, leer je elkaar echt kennen en creëer je een ‘wij’, een gedeeld

narratief. Om de druk op te voeren rondom de wetswijziging, zijn we met acht vrouwen

bij de minister geweest: vrouwen die slachtoffer waren geweest van seksueel geweld en

die daar een oprecht verhaal over durfden te vertellen. In de lokale teams, die met de

onderwijsinstellingen om tafel gaan, zitten ook mensen die hun eigen verhaal delen.

Met zulke verhalen aan tafel creëer je veel meer urgentie. Het komt heel anders bin-

nen dan wanneer je alleen met cijfers en statistieken komt aanzetten.’


Ik kan me voorstellen dat dat wel zware verhalen zijn. Hoe zorg

je ervoor dat de boodschap ‘hoopvol’ blijft?

‘Klopt, vanzelfsprekend zijn het geen vrolijke verhalen. Maar: een verhaal zonder hoop

is geen goed politiek verhaal. Bij storytelling besteden we daarom veel aandacht aan

het scars not wounds-principe: vertel niet over je open wond, maar over je geheelde

litteken. Daar zit namelijk de hoop. Als je een heftig verhaal vertelt, zorg er dan voor

dat ‘the dream’ altijd net zo aanwezig is als ‘the nightmare’. Jij of iemand die je kent

heeft iets vreselijks meegemaakt, maar waarom vertel je het nu? Welk doel, welke

hoop heb je? Je vertelt het bijvoorbeeld in de grote hoop dat anderen niet hoeven

mee te maken wat jij hebt meegemaakt. Of het is je droom dat de maatschappij leert

inzien dat consent de norm moet worden.’


En hoe voorkom je dat de verhalen voor het publiek, of voor de

vertellers zelf, té heftig worden?

‘Wat de vertellers zelf betreft: we letten goed op elkaar en delen steeds opnieuw de

gegevens van onze externe vertrouwenspersoon, een psycholoog gespecialiseerd in

seksueel geweld. We benadrukken ook altijd dat de controle over jouw verhaal bij jou

ligt. Jij hebt de regie over wat je wel en niet vertelt. Misschien heb je wel seksueel ge-

weld meegemaakt, maar is dat helemaal niet het verhaal dat je wil vertellen over jouw

motivatie om actief te worden. Ik zeg altijd: storytelling is geen traumatherapie – dat

is ook niet onze verantwoordelijkheid of iets wat wij kunnen bieden – maar het kan wel

degelijk helend werken. Je vindt een nieuwe gemeenschap dankzij je verhaal, dat kan

enorm empowering zijn. Wat het publiek betreft: we maken de vertellers er ook goed

van bewust dat wat zij vertellen, triggerend kan zijn voor hun publiek. Bij publiekseve-

nementen geven we mensen de gelegenheid om te vertrekken voordat we beginnen

met storytelling. Ik vind het overigens helemaal niet slecht als het publiek, bijvoorbeeld

een bestuurder van een universiteit, een zeker ongemak voelt bij zulke verhalen. Dat

lijkt me niet meer dan gepast. Daarmee wordt de urgentie ook voelbaar.’


Wat hoop je dat storytelling ons nog meer kan brengen, niet

alleen in deze campagne, maar ook in het algemeen?

‘Public narrative is niet alleen ‘een verhaal vertellen’, het is een tool waar je je hele

leven iets aan hebt. Ik zeg altijd: public narrative is like riding a bike – je moet het

even leren, maar als je het eenmaal kunt, kun je overal naartoe fietsen. In de politiek

worden problemen nu vaak op een abstracte manier aangekaart. Je moet je cijfers en

geschiedenis op orde hebben voordat je iets mag benoemen. Toch levert dat zelden

sterke politieke verhalen op. De subjectieve beleving van mensen doet ertoe – sterker

nog: soms is die beleving genoeg om een omslag te eisen. Denk aan Kick Out Zwarte

Piet, de eerste beweging die gewoon zei: het moet anders, want dit raakt ons. Het

persoonlijke is politiek – we mogen het dus ook best persoonlijk vertellen


Benieuwd naar een voorbeeld van de kracht van storytelling?

Janna zag een verhaal zelden zo ‘landen’ bij het publiek als het verhaal dat organizer Myrthe vertelde tijdens de No Blame, But Change-demonstratie (29 januari 2022

op het Museumplein in Amsterdam). Myrthe vertelt over de verkrachting die zij als

15-jarige moest meemaken en de second rape die ze daarna meemaakte: de onge-

lovige en giftige reacties die je krijgt op je verhaal over seksueel geweld. “Anderen

die voor jou bepalen wat je had kunnen doen, moeten doen zelfs, om het gebeurde

te voorkomen. Anderen die voor jou bepalen hoe erg de situatie is, hoeveel last je

ervan mag hebben.” Bekijk en beluister haar verhaal zelf op YouTube, via

youtu.be/FgOcMcPa1TI. Vanaf de 13e minuut hoor je Amnesty-directeur Dagmar

Oudshoorn, vanaf ongeveer de 17e minuut gevolgd door het verhaal van Myrthe.


Meer weten over de #LetsTalkAboutYes-campagne?



Meer leren over activerend verhalen vertellen?



Comments


bottom of page